Doneer nu qxif-angle-right

10 mei 2012

Een nacht die ik zeker nooit meer zal vergeten.

Zwetend schrok ik rond middernacht wakker door het paniekerig constant pappa roepen van mijn dochtertje van drie jaar die bij mijn hoofdeinde stond. Ik keek snel naar mijn vrouw maar schrok opnieuw toen ik zag dat die niet naast mij lag en nergens te bekennen was. Wat ik daarna wel zag deed me huiveren. Twee totaal onbekende grote stevig gebouwde mannen stonden aan het voeteinde van mijn bed. Slechter wakker worden is volgens mij niet mogelijk en vanaf dat moment zou mijn leven ook voor altijd totaal anders zijn.

Een uur eerder was ik nog tevreden en blij naast mijn vrouw het bed in gekropen. Het was mij die avond weer gelukt een paar hoofdstukken van mijn rechten studie te leren. Nog even en dan zou een jarenlange investering van vrije tijd leiden tot het door mij zo fel begeerde diploma waardoor ik mij meester in de rechten zou mogen noemen. Daarmee zou ik proberen een advocaten praktijk op te zetten, waarvoor ik jaren geleden al een geschikte woning had gekocht. Ik had die avond bij een mok cafeĆÆne mijn volkomen gelukkige leven nog overpeinsd. Wat was ik toch gezegend met een geweldige vrouw aan mijn zijde en de twee lieve dochtertjes die daaruit voortgekomen waren. Ik had al jaren het idee dat ik alles had en kon krijgen wat mijn hartje begeerde en ik genoot met volle teugen van het altijd weer boeiende mooie leven. Tevreden viel ik die avond zoals gebruikelijk dan ook rustig en gelukkig dromenland binnen. Om dus een uur later wakker te schrikken met die grote mannen in onze slaapkamer.


EƩn van de twee had absoluut het lichaam van een uitsmijter. Waren het inbrekers? Waar was mijn vrouw, waarom keek mijn dochter zo angstig en was die bij hun achter gelaten. Allerlei vragen spookten door mijn benevelde geest heen toen ik mij pijnlijk bewust werd van de geel groene jassen die deze mannen droegen. Het waren ambulance broeders en ik was hun patiƫnt.

Terwijl ik mij zo gezond voelde als een vis werd ik afgevoerd op een brancard. Ik begreep echt niets van de situatie. Toen ik mijn ouders ontdekte op het moment dat ik de ambulance in geduwd werd, besefte ik dat ik een stuk kwijt was van mijn nacht. Zij wonen toch minimaal drie kwartier rijden van ons verdaan. Toch bleef ik nog een tijd twijfelen of het toch een droom in een droom was of dat ik in Bananasplit zat, het komische programma met de verborgen camera. In het ziekenhuis was ik ook dagen lang de jongste en energiekste logƩ op de afdeling. Ik voelde mij hier in zijn geheel niet op mijn plaats. Maar een paar dagen later wist ik wat de ambulance broeders bij hun nachtelijke bezoek aan mijn bed al vreesden. Vanaf dat moment wist ik dat ik een ongeneeslijk zieke hersenkankerpatiƫnt ben. Een MRI had bevestigd dat ik een primaire hersentumor in ƩƩn van de belangrijkste delen van mijn hersenen had. Deze zou mij volgens de specialisten na de nodige ongemakken tussen toen en vijf tot tien jaar doden. Mijn leven stond op zijn kop. Een wake-up call zonder Bambix erbij. Zou dat ook niet jouw leven totaal op zijn kop zetten?